Als de zon zich vaker meldt, hij echt op stoom komt en de temperaturen nemen tot extreme mate toe, beginnen we pas echt te merken hoe heet én hoe koel het kan worden op plekken waar we vaak vertoeven. Denk aan werk, school, winkels enz. Waar de één wegkwijnt in oude, amper te koelen kantoorpanden, rilt de ander van de kou in winkels en kantoortuinen die voelen als vrieskisten. De airco lijkt voor de één een zegen en voor de ander een vloek. Hoe dan wel?

Hitte: meer, vaker en langer

Hitte, meer hittedagen en hittegolven komen steeds vaker voor. Ook dit jaar volgde na een lang regenseizoen een nieuw record aan zomerse dagen. Op het moment van schrijven is dat record 10 dagen (peildatum 19 juni), waarop het minimaal 25 graden werd. Een aantal dagen steeg de temperatuur boven de 30 graden. In een aantal regio’s kwam het zelfs tot hittegolven.

De airco’s en klimaatsystemen werken op volle kracht om verkoeling te brengen. Prettig? Dat verschilt per persoon. Dan te bedenken dat al die verkoelende apparaten ook nog eens volop energie slurpen, middenin een klimaatcrisis waarbij we de opdracht hebben om juist energie te besparen. Hoe kan dit anders?

In gesprek met elkaar

“In eerste instantie door het gesprek aan te gaan”, zegt Ethan Voerman. Hij is één van de aanjagers van het Klimaatverbond-initiatief Shirtjesdag, de tegenhanger van de energiebesparingscampagne Warmtetruiendag. “Of je nu op een heet kantoor werkt of als student in een ijskoud klaslokaal zit; wat voor de één comfortabel voelt, is dat voor de ander niet. En voor wie dat niet is, kan dat gemis aan comfort flinke invloed hebben op de concentratie, productiviteit of prestatie. Het is daarom belangrijk om het gesprek met elkaar te voeren over dingen als kledingvoorschriften, klimaatinstellingen en andere technische oplossingen. Om samen te zoeken naar de ideale middenweg en daarbij ook nog eens te denken aan de impact die de maatregelen hebben op het klimaat”.

Rekening houden met kwetsbare mensen

“In die gesprekken moet er wel ruimte zijn voor nuances”, stelt Voerman. “Het gebruik van airconditioning voor onderliggende medische redenen bijvoorbeeld kan absoluut te rechtvaardigen zijn. Voor comfort en productiviteit is actieve koeling in de meeste gevallen niet noodzakelijk, maar op locaties waar kwetsbare mensen werken, wonen of studeren, is koeling via een airco soms noodzaak. Door het gesprek te voeren, kun je met elkaar uitvinden hoe je in het gebouw waar jij werkt of studeert of waar mensen wonen, energie kunt besparen, zonder de mensen die de koeling nodig hebben te benadelen.”

Balans tussen koeling en opwarmen

Een mooi voorbeeld waar warmte én koeling goed is ingeregeld is de Hogeschool van Amsterdam. De onderwijsinstelling heeft een eigen intern klimaatbeleid opgesteld waarin de mate van klimatiseren is vastgesteld. Daarin staat dat het klimaatsysteem tussen de 19 en 24 graden wordt afgesteld. Warmer of kouder ‘stookt’ het systeem niet. Als het daardoor in de winter kouder is of voelt dan 19 graden, is de boodschap: trek een extra warme trui aan. Is het in de zomer warmer dan 24 graden in de gebouwen, dan luidt het advies: shirtjesdag. Oftewel, stem je kleding af op de oplopende temperaturen in de gebouwen. 

In korte broek naar kantoor

Waar de studenten zich relatief makkelijk aan kunnen passen aan het beleid, ziet Voerman op de werkvloer een andere discussie ontstaan. “Jurkjes en rokjes wordt gezien als geaccepteerde kleding waarmee men luchtig en representatief voor de dag kan komen. De korte broek met een net shirt of blouse staat bij veel organisaties echter vaak ter discussie. Veel organisaties vinden het simpelweg een no go. Het wordt minder snel gezien als representatief. Andere organisaties die wel willen, zoeken juist naar de norm van die representativiteit. Er is immers nog geen norm, omdat het ‘probleem’ zich pas de laatste jaren steeds meer aandient.”

Oplopende hitte in panden zonder airco

“En dan praat je nog over gekoelde ruimtes. Het kan ook andersom. Panden die geen klimaatsysteem of airco hebben en waar temperaturen ervoor zorgen dat die panden complete broeikassen worden. Ons eigen pand is een mooi voorbeeld waar het tijdens extreme hitte erg warm kan worden binnen. We leren hier elke dag hoe om te gaan met die hitte. De vroege vogels op kantoor zetten al deuren en ramen open zodat ons pand lekker afkoelt. Zodra de warmte toeneemt sluiten we ramen en gordijnen. En ook wij hebben gesprekken gevoerd hoe we met onze kleding onszelf koel(er) kunnen houden, zodra de temperaturen in het pand oplopen. Inmiddels hebben we met elkaar een norm gevonden waarmee we ons kunnen weren tegen de hitte, toch representatief voor de dag komen én ons werk kunnen blijven doen.”

Shirtjesdag: samen inzetten op energiebesparing

“We hopen met Shirtjesdag vooral onder de aandacht te brengen dat oplossingen niet in energieslurpende maatregelen hoeven te zitten. Zeker niet met de klimaatopgave die voor ons ligt. Ons gedrag is enorm bepalend hoe we met de hitte om kunnen gaan, met name op plekken waar dit een uitdaging is. Shirtjesdag is in elk geval een goed moment om de gesprekken daarover met elkaar aan te gaan. Over de regulering van klimaatsystemen zoals bij de HvA, over het omkijken naar de meest kwetsbaren tijdens de hitte, over de norm van kledij op werk, over aangepaste werk- of schooltijden enz. Smeed het ijzer nu het nog heet is: nú is het moment!”